”Ik zou wel weer eens een blanke op tv willen zien,” grapte Jan, de bovenbuurman waarmee ik in de lift stond. Jan is een joviale kerel die het licht in ieders ogen gunt. Absoluut geen racist anders was hij niet met een donkere vrouw getrouwd. Joyce heet ze, een geboren Surinaamse die laatst tijdens een flatmeeting- die haar man had georganiseerd- vertelde dat er in Suriname onderling óók gediscrimineerd wordt. Je bent daar beter af met een wat lichtere huidskleur. Je hebt dan bijv. kans op een betere baan.
Dat gaf de voornamelijk blanke aanwezigen enige rust. Door de massahysterie van dit moment was iedereen op zijn hoede en bang om iets verkeerds te zeggen. Gerrit, van zes hoog was zelfs van plan zich bij Joyce te verontschuldigen voor het feit dat hij blank is. Iedereen in de flat kent Gerrit als een zeer onderdanige man die ze niet allemaal op een rijtje heeft. Jan stak daar op het laatste moment een stokje voor en zei hem dat hij dat beter niet kon zeggen want het zou als een verkeerd soort humor opgevat kunnen worden door het plaatselijke krantje dat ook aanwezig was. Deze zou de politie bellen en Gerrit in de boeien slaan waarna hij op een strontkar door het dorp zou worden gereden met in zijn kielzog actiegroepen er schreeuwend achteraan. De adrenaline die wekenlang wegens lockdown door het lijf had gegierd kon er nu eindelijk uit en dit was de aanleiding die als geroepen kwam. Bij de AH en Jumbo werden ruiten ingeslagen en het bejaardenhuis geplunderd.
”Humor en grappen moet je tegenwoordig aan cabaretiers overlaten,” besloot Jan, ”die komen er mee weg. Als het gewone volk iets zegt breekt de pleuris uit. Een donkere actievoerder mag op de Dam iets over in het gezicht trappen roepen waar verder geen haan naar kraait terwijl een onhandige grap van een voetbalanalist breed uit wordt gemeten en leidt tot massahysterie.
”Mijn vrouw Joyce maakt zulke rare dingen mee de laatste tijd. Vrijwel iedereen knikt en begroet haar overdreven vriendelijk. Eén vrouw liet haar zelfs voorgaan in de supermarkt waar ze zeer verlegen mee was. Thuisgekomen zei ze dat ze hoopte dat dit van tijdelijke aard is.
Ik wil weer als gewoon mens door het leven, verzuchtte ze.”